Jouw dagen als onderwijsassistent zijn nooit hetzelfde, maar laten we eens een voorbeeld nemen. ’s Ochtends begeleid je een leerling die is vastgelopen; door te benoemen wat je ziet en doet, heb je een belangrijke rol in zijn taalontwikkeling. Die middag plan je het volgende uitje voor de hele klas en bereid je samen met de leerkracht de lessen voor de komende dagen voor. Zo schakel je snel tussen situaties en rollen.
Jij bent er dus voor de leerlingen én voor de leerkracht. In het basisonderwijs en in het speciaal onderwijs heb je vooral een verzorgend-pedagogische en didactische rol. Je helpt de leerlingen met hun werk en de docent met de lessen. In het voortgezet- en beroepsonderwijs kan je ook te maken krijgen met andere werkzaamheden, zoals het begeleiden van zorg- of technieklessen, het helpen met het invoeren van cijfers of het organiseren van projecten.
Dit beroep vraagt om jouw unieke talenten en vaardigheden. Je kan je makkelijk verplaatsen in de belevingswereld van kinderen of jongeren. Je bent kwaliteitsgericht, initiatiefrijk, creatief, weet van aanpakken en gericht op samenwerking. Als jij een kans ziet, dan durf je deze ook te benutten.